Voor Mirjam de Leede is het werk wat ze doet als verpleegkundig specialist vanzelfsprekend. De impact van haar werk op de kwaliteit van leven van haar cliënten is groot. Door met een andere blik naar mensen te kijken en dingen te combineren, lost ze snel en preventief problemen op en neemt ze zorgen weg bij oudere, vaak eenzame mensen. ‘Mijn handelen is veelal preventief van aard, soms medisch ingestoken en altijd vanuit een verpleegkundige blik, omdat ik een master in de verpleegkunde heb.’ 

 DE CASUS

Generalistische zorg bij ouderen

Een 88-jarige mevrouw, bekend met reuma, heeft pijn aan haar rug. Naast de dagelijkse zorg, verleent de verpleegkundig specialist die haar af en toe bezoekt ook medische zorg. De verpleegkundig specialist doet lichamelijk onderzoek om de oorzaak van de rugpijn te achterhalen. Daarnaast controleert zij de voeten van cliënte vanwege vergroeiingen door de reuma en controleert zij of de urineweginfectie die mevrouw heeft gehad is genezen. De verpleegkundig specialist vermoedt dat de rugpijn veroorzaakt wordt door artrose, waarvoor de cliënte een foto zou moeten laten maken. De verpleegkundig specialist geeft uitleg over haar bevindingen en geeft opties voor vervolg. De cliënte besluit naar de huisarts te gaan en een foto te laten maken van haar rug. In het kortdurende bezoek, heeft de verpleegkundig specialist naast reguliere zorg ook enkele controles uitgevoerd en lichamelijk onderzoek gedaan. Cliënte is gerustgesteld en heeft weloverwogen haar keuze kunnen maken.

DE PATIËNT

Wat was er bijzonder aan de ‘patient journey’ in deze casus?

‘Deze casus lijkt heel gewoon en eenvoudig, maar het verrassende is juist dat er heel veel gebeurt. Pas als ik het opschrijf, besef ik hoeveel ik gedaan heb. Ik ben maar een half uurtje bij mevrouw geweest, maar heb veel problemen kunnen oplossen of voorkomen. Ik kwam er voor dagelijkse zorg en voor haar rugklachten, maar heb ook de gevolgen van de reuma gecontroleerd en daarmee nieuwe klachten voorkomen. Daarnaast heb ik gecheckt of de urineweginfectie opgelost was.

Deze cliënte is een kwetsbare mevrouw op leeftijd, ze is weduwe en woont alleen. Op een eenvoudige manier heb ik haar zorgen kunnen wegnemen, de dingen kunnen bespreken waar zij en in het algemeen deze groep cliënten dagelijks mee zit. De lucht was snel geklaard. Onbewust geven verpleegkundig specialisten heel veel van dit soort zorg. Met een paar eenvoudige tips kunnen we cliënten met onze verpleegkundige en medische blik vaak goed verder helpen.

DE SAMENWERKING

Met wie werk je allemaal samen?

Op dagelijkse basis werk ik het meest samen met mijn acht collega’s uit het wijkverpleegkundig team. Dat gaat heel prettig. In het begin moesten we allemaal wennen en leren wat ik kwam doen, ikzelf ook. Daar heb ik met mijn collega’s open over gepraat. En soms vergeten ze het nog; dan zijn ze veel tijd aan iets kwijt en dan zien ze mij en denken ze: ‘oh ja, we hadden Mirjam kunnen vragen om medicatie voor te schrijven of een machtiging te geven’. Ik maak me daar niet druk over.

Daarnaast werk ik veel samen met de huisartsen van de cliënten die wij in zorg hebben, dat zijn er 35. Met een aantal van hen heb ik goed contact, zij kennen mij en weten wat ik kan. Zij bellen mij ook wel eens op met een vraag. De huisarts van de mevrouw uit de casus weet minder goed wat ik precies doe en kan. Hij was wel blij dat mevrouw bij haar op consult kwam, hij ziet haar niet zo vaak. Bij de huisartsen waar we de meeste patiënten van hebben, probeer ik regelmatig aan te sluiten bij overleggen of bijscholingen, zodat zij weten wie ik ben.

DE VISIE

Wat is jouw visie op je beroep?

Mijn handelen is veelal preventief van aard, soms medisch ingestoken en altijd vanuit een verpleegkundige blik, omdat ik een master in de verpleegkunde heb.

Hoe zien we dat terug in deze casus?

Mijn openingsvraag is altijd: ‘Hoe gaat het met u?’ De cliënte uit de casus weet dat ik verpleegkundig specialist ben en dan zegt ze wel eens: ‘Ik weet niet, ik heb dit of dat, is dat nou wat of is het niks?’. Ze vertellen dan al meer dan ze anders zouden doen. De meeste mensen weten wel dat ik verpleegkundig specialist ben en dat ik een andere insteek heb dan de andere collega’s. Het is misschien mijn manier van vragen. Ik sta er soms verbaasd over hoe snel mensen dat ontdekken.

In deze casus ga ik uit van wat deze mevrouw van mij vraagt en wat zij wil weten. Zij had op dat moment zorgen over haar rug. Dan doe ik lichamelijk onderzoek en leg haar uit wat ik denk dat het zou kunnen zijn. Om het zeker te weten was in dit geval een foto nodig van de rug. Ik neem haar mee in mijn gedachtegang en geef haar de keuze: wil zij vervolgonderzoek en weten wat mogelijk de oorzaak zou kunnen zijn of zegt ze: ‘Ik laat het hierbij?’.

DE INTRINSIEKE WAARDE

Wat was er gebeurd als jij er niet was geweest in deze casus?

Het is een oudere mevrouw die het lastig vindt om naar buiten te gaan en daar haar beperkingen in heeft. Als ik niet bij haar thuis was geweest en haar zorgen had weggenomen, dan had ze op haar scootmobiel naar de huisarts moeten gaan. Een bezoek aan de huisarts is dan behoorlijk belastend. Wat je soms ziet bij oudere patiënten is dat ze zich beter voordoen dan ze eigenlijk zijn. Een groot verschil is ook: de huisarts ziet een patiënt voor zich zitten in een stoel, netjes gekleed. Het consult is meestal kort, dus ze vertellen dan vaak maar één ding. Wij zien de patiënten onder de douche en kunnen alle voorkomende klachten, groot of klein, bespreken en behandelen.

Mensen ervaren dat ze laagdrempelig met mij hun klachten en zorgen kunnen bespreken. Ik zeg ook heel eerlijk als ik iets niet weet en ik verwijs door naar de huisarts of medisch specialist als ik dat nodig vind. Ik heb wel het idee dat mensen mij daarin vertrouwen.

DE VERPLEEGKUNDIG SPECIALIST

Wat vind je leuk aan je werk?

Ik vind de afwisseling in het werk heel leuk. En dat ik bij zo veel verschillende mensen kom. Ik zie hen in hun eigen context en loop een stukje in hun leven met hen mee. Dat doet een verpleegkundige natuurlijk ook, maar ik kan iets toevoegen door met een medische blik te kijken.

Ik ben de MANP-opleiding gaan doen omdat ik vond dat ik als wijkverpleegkundige veel deed, maar onvoldoende wist waarom. Ik vroeg mij dan af of van een bepaalde handeling wel wetenschappelijk bewezen was dat het echt effectief is. Het leuke van de opleiding tot verpleegkundig specialist is dat je heel praktische dingen combineert met de wetenschappelijke component, zoals kennis opzoeken in de literatuur. Honger naar meer kennis en achtergrond en willen weten waarom je dingen op een bepaalde manier moet doen, dat was mijn grootste drijfveer.

Tijdens de opleiding ontdekte ik dat er met de inzet van de VS in de wijk veel meer mogelijk is dan ik zelf verwachtte, maar ook wat anderen ervan verwachten. We zijn nog beter in staat om de cliënt langer thuis te laten wonen en de juiste zorg op de juiste plek te verlenen. Ik heb met mijn collega’s echt een visie ontwikkeld op de VS in de wijk. Die bestond eigenlijk nog niet. Ik ben dagelijks bezig met het vertalen van deze visie naar de praktijk en dat pionieren vind ik hartstikke leuk.

Wat moeten anderen weten over jouw werk?

Ik denk dat veel van mijn collega’s, maar ook daarbuiten, vooral denken dat ik mensen een beetje verzorg. Maar ik zie mijn werk heel anders: het verpleegkundige doe ik op masterniveau en daarnaast kijk ik met een medische blik. Door vroegsignalering werk ik heel preventief. Ik vertel het aan mijn cliënten als ik iets niet vertrouw en dat er vervolgonderzoek nodig is. En als er niets aan de hand is, kan ik mensen geruststellen.

Sommige mensen zeggen wel eens: ‘Jij bent wijkverpleegkundige plus’. Maar dat ben ik niet. Ik doe wél dat lichamelijke onderzoek. Als de mevrouw uit de casus bij mij ‘op consult’ was geweest, dan had ik daar een mooi medisch verhaal van gemaakt: ‘Ik heb een oudere mevrouw op consult gehad met een klacht van het bewegingsapparaat, etc.’ Maar zo werk ik niet. Ik heb haar gewoon onderzocht en behandeld toen ze gewassen en aangekleed werd.

 

Deze interviews behoren bij de Handreiking VS in de wijk. Deze handreiking is ontwikkeld in het project Verpleegkundig specialist in de wijk, een samenwerking tussen Buurtzorg, Hogeschool Utrecht en HAN University of Applied Sciences.

 


Interview: Maud Notten