In een grote huisartsenpraktijk in Doesburg werken drie verpleegkundig specialisten. Pionier Irma Damen heeft de weg gebaand voor haar twee collega’s Marieke Veugelink [links] en Karen Hemel [rechts]. Zij richten zich vooral op de oudere patiënt die zij zo lang mogelijk thuis en in de eerstelijnszorg proberen te houden. Coöperatie IJsselstromen, een samenwerkingsverband van zorgprofessionals in (eerstelijns)zorg, speelt hierin een belangrijke rol.

Wat is jullie rol binnen de acute ouderenzorg?

Marieke: “Onze rol als VS ouderenzorg in de huisartsenpraktijk komt voort uit de visie van de praktijk. Als we voorbereid willen zijn op de toekomst en de vraagstukken die nu al spelen adequaat willen kunnen adresseren, dan moeten we dingen anders gaan doen. Kijk naar de vergrijzing of de toename van mensen met dementie, dat kun je als huisartsenpraktijk niet allemaal meer bolwerken. We moeten de zorg anders organiseren, efficiënter, met hogere kwaliteit van zorg, op de juiste plaats. Ouderenzorg is veel meer dan een pilletje voorschrijven. Wij werken proactief, we kijken hoe we bepaalde problematiek vóór kunnen zijn. Je zal acute zorg nooit helemaal kunnen voorkomen, maar als wij eerder betrokken worden, kunnen we vaak acute zorg of opname in het ziekenhuis voorkomen.”

Karen: “Als we een acute melding krijgen van een oudere patiënt, dan gaat een van de verpleegkundig specialisten (VS) naar deze patiënt toe, niet de huisarts. Wij nemen de anamnese af, doen lichamelijk onderzoek, stellen een diagnose en maken een behandelplan. Wij kunnen heel laagdrempelig de huisarts of andere collega’s inschakelen als iets buiten ons kunnen of buiten onze bekwaamheid ligt. In de ouderenzorg werken we ook veel samen met de wijkverpleegkundige.”

Hoe draagt jullie rol bij aan de Juiste Zorg op de Juiste Plek?

Karen: “We zoeken heel erg de verbinding op in de eerste lijn en laten de zorg daar waar die hoort. Dus de juiste zorg, op de juiste plaats, bij de juiste zorgverlener. We proberen patiënten zoveel mogelijk in de eerste lijn te houden. Pas als het echt het nodig is, opschalen naar de tweede lijn. Dat moet je goed afstemmen met de patiënt en diens familie. Wat wil deze patiënt, wat zijn de wensen, welke behandelingen wil hij nog wel en welke niet meer? Je wil niet onnodig behandelen, maar ook niet onnodig niet behandelen. Slechte zorg is wanneer je niet doorschakelt, maar opschaalt. En dat je dingen doet om een beetje verbetering te zien, maar waarbij je de patiënt uit het oog verliest.”

Marieke: “Bij passende zorg hoort ook positieve gezondheid. Daarover gaan wij met patiënten in gesprek, wat vindt de patiënt belangrijk in zijn leven, welke doelen wil hij nog halen en wat heeft hij daarvoor nodig? In onze patiëntenpopulatie zitten echt kwetsbare ouderen. Best veel van hen zeggen: “Ik wil niet meer naar het ziekenhuis. Als ik heel erg ziek word en ik krijg longontsteking, dan wil ik gewoon thuisblijven en als ik kom te overlijden, dan is dat zo.” Dat gesprek voeren wij met deze patiënten. Een huisarts voert deze gesprekken natuurlijk ook, maar als je kijkt naar de werkdruk bij de huisarts, dan hebben wij daar meer ruimte voor.”

Is er sprake van een verschuiving van zorg?

Marieke: “Een voorbeeld van verschuiving van zorg is het stellen van de diagnose dementie. Oudere mensen gaan naar de geriater voor een uitgebreid onderzoek op de polikliniek. Dat onderzoek doen, kunnen wij als VS ook. Wij nemen het gehele assessment af en hakken dat in stukjes, we doen dat niet in één ochtend. Vervolgens komen wij tot een uitspraak of we wel of geen dementie zien. Op die manier houd je de zorg thuis. Dat is prettiger voor de patiënt die in zijn eigen vertrouwde omgeving het onderzoek kan doen. Het is ook goedkoper. Dus op verschillende vlakken een win-win situatie.”

Karin: “In dit kader speelt de coöperatie De IJsselstromen een rol. Dit is een samenwerkingsverband van eerstelijns zorgverleners. We weten precies wie er in ons netwerk zitten, we kennen onze samenwerkingspartners, en verwijzen naar hen door, of het nu fysiotherapie is, podotherapie, logopedie, noem maar op. Hierdoor hoef je patiënten niet door te verwijzen naar de tweede lijn. Er zitten zoveel specialisaties in Doesburg dat de patiënten best lang in de eerste lijn kunnen blijven.”

Wat was de reden voor jullie om met VS’en te gaan werken?

Marieke: “Er is bewust gekozen voor de verpleegkundig specialist. Het initiatief lag bij mijn collega Irma Damen die heel graag de MANP-opleiding wilde gaan doen. De praktijk heeft haar daarin gesteund en gefaciliteerd. Naast het enthousiasme van Irma was er ook voorkeur voor iemand met een verpleegkundige achtergrond, voor iemand die met een verpleegkundige én medische blik kijkt. Juist in de ouderenzorg is dat van toegevoegde waarde omdat het heel vaak niet alleen om medische problematiek gaat, maar om bredere zorgvragen.”

Karen: “Een voorbeeld daarvan was een mevrouw waar ik samen met de huisarts op huisbezoek ging, dat was nog in mijn inwerktijd. Zij moest opgenomen worden in het ziekenhuis maar zou ook vrij snel weer naar huis kunnen komen. Ik zag de paniek in de ogen van de dochter. Dan komt mijn verpleegkundige achtergrond meteen naar boven en ik vroeg de huisarts hoe hij dacht dat de dochter dat zou moeten organiseren? De huisarts zei daarover later dat het goed was dat ik erbij was geweest omdat hij alleen naar het medische deel kijkt. Dat zien we vaak, ook vanuit het ziekenhuis wordt al snel gedacht dat iemand naar huis kan, zonder dat goed gekeken wordt naar de omstandigheden thuis.”

Wat betekent de zorg die jij verleent voor de patiënt en voor collega-professionals?

Karen: Voor de patiënt kun je iets extra’s bieden, een huisarts heeft echt geen tijd om vaker of langer op huisbezoek te gaan. Wij hebben de patiënt volledig in beeld en staan in contact met de familie en het netwerk van de patiënt en met andere zorgprofessionals. Bovendien zijn wij laagdrempelig te bereiken voor collega’s in de eerste lijn, ze hebben allemaal onze telefoonnummers.”

Marieke: “In de coronatijd heeft het even stilgelegen, maar vanuit de coöperatie gaan we ook weer scholingen geven. Bijvoorbeeld aan verzorgenden van de thuiszorg over inhalatiemedicatie, medicatieveiligheid of diabetes, net waar behoefte aan is.”

Hoe maken jullie het verschil als VS in de huisartsenzorg?

Marieke: “Dan kom ik terug op wat ik eerder heb gezegd: dat wij als verpleegkundig specialisten niet alleen met een medische bril naar de oudere kijken, maar ook met een verpleegkundige bril, dus de cure en de care. Wij proberen zorg uit de tweede lijn te houden en soms ook wel terug te halen. Wij hebben korte en goede lijntjes met andere zorgverleners die betrokken zijn bij de oudere patiënt en zijn daarvoor in Doesburg ook wel een aanspreekpunt.”

Karin: “Wij zijn makkelijk aanspreekbaar. Ik voel me soms wel een beetje zoals vroeger de zuster in de wijk. We merken dat onze functie meer ingeburgerd raakt. We worden steeds vaker door patiënten en hun families omarmd.”

Waar ben je trots op?

Marieke: “Ik ben er trots op hoe wij onze functie hebben neergezet binnen deze huisartsenpraktijk. Irma Damen is in 2015 als eerste begonnen als verpleegkundig specialist. Ik heb dat van dichtbij meegemaakt en gezien hoe zij moest vechten voor haar positie. Mensen wilden de dokter zien, zij heeft dat vertrouwen echt moeten winnen, met name bij de (oudere) patiënten, maar ook bij hun families en andere zorgverleners. Als je ziet hoe het nu gaat, mensen weten ons te vinden, de namen Irma en Marieke zijn inmiddels bekend en ik denk straks ook van Karen, als zij wat langer bij ons werkt. We krijgen nu soms telefoontjes: ‘Bij mijn buurvrouw komt Marieke langs, ik wil eigenlijk ook wel dat ze bij mij komt’. Mensen gaan dus echt vragen naar de zorg die wij leveren. Dat maakt mij heel trots!”

Karen: “Ik ben er trots op dat ik bij deze club mag werken. Ik heb ervaring met andere praktijken, ook vanuit de thuiszorg waarin ik lang heb gewerkt, en deze huisartsenpraktijk is daar echt uniek in. De huisartsen zien ons als volwaardig, dat zie je lang niet overal. Ik ben dan ook heel trots op deze twee kanjers, Irma en Marieke, die dat de afgelopen jaren voor elkaar hebben gebokst. Dat is echt wel een voorbeeld voor heel Nederland. We hopen dat ons verhaal andere huisartsenpraktijken zal inspireren.”

Wil je meer weten over dit dossier, neem dan contact op met Anneke van Vught, verpleegkundig decaan CWZ en associate lector HAN. Tekst: Maud Notten.