De NAPA-vakgroep PA huisartsgeneeskunde hield in september 2018 een enquete onder 130 PA’s in de eerste lijn. Daarin komt een duidelijk beroepsbeeld van de PA naar voren.
De eerstelijnszorg staat meer dan ooit onder druk. Huisartsen worstelen met een alsmaar toenemende werklast door substitutie van tweedelijnszorg, vergrijzing, claimende patiënten, administratieve lasten, en noem maar op. De huisarts moet dat zien op te vangen met z’n eigen team van medewerkers.
Taakherschikking
Gelukkig zijn er oplossingen om de huisarts te ontlasten. De sleutel is taakherschikking, ofwel het toewijzen van taken aan nieuwe zorgprofessionals, zoals de physician assistant.
De PA is bevoegd om taken van de huisarts over te nemen en vermindert daardoor daadwerkelijk de werkdruk van huisartsen en draagt zo bij aan de toegankelijkheid en kwaliteit van de huisartsenzorg.
Nog weinig PA’s in huisartsenzorg
Toch passen slechts weinig huisartsenpraktijken deze mogelijkheden toe. Momenteel zijn er zo’n 130 PA’s (waarvan 30 in opleiding) werkzaam in de huisartsenzorg. Dit is ongeveer 10 procent van het totaal aantal PA’s dat in de Nederlandse gezondheidszorg werkzaam is. Dat is relatief weinig, gezien bovengenoemde spanningsvelden en vergeleken met de snelle groei van het aantal PA’s in de tweede lijn.
Enquête
De NAPA-vakgroep PA huisartsgeneeskunde heeft met een enquete een aantal kenmerken van PA’s in de eerste lijn onderzocht. De enquête is in september 2018 uitgezet onder de 130 PA’s in de eerste lijn. Daarvan waren er nog ongeveer 30 in opleiding. De respons bedroeg 99 PA’s waarvan 9 in opleiding.
- de gemiddelde leeftijd van de 99 respondenten is 42,5 jaar (spreiding 27 tot 64 jaar);
- 78 procent is vrouw; 22 procent man;
- 77 procent van de PA’s wordt voor alle huisartsgeneeskundige taken ingezet, dat wil zeggen behalve voor taken die zijn voorbehouden aan de huisarts, zoals het verlenen van euthanasie;
- de PA wordt in toenemende mate ook ingezet in dagpraktijken en in de ANW-zorg.
Elke PA heeft eerst een bachelor in een ander zorgvak behaald. Dit zijn de ‘vooropleidingen’ van de 99 respondenten:
- 72 verpleegkundigen;
- 15 fysiotherapeuten;
- 3 operatieassistenten;
- 2 huidtherapeuten;
- 1 anesthesiemedewerker;
- 1 bachelor medische hulpverlening;
- 1 bachelor geneeskunde;
- 1 verloskundige;
- 1 ergotherapeute;
- 1 bewegingswetenschapper en
- 1 opgeleid in de medische beeldvormende en radiotherapeutische technieken (MBRT).
De verdeling naar voorbehouden handelingen levert het volgende beeld op:
Het percentage van alle PSA’s dat bepaalde (voorbehouden) handelingen verricht | |
zelfstandig voorschrijven van medicijnen waarvoor een recept nodig is (UR-medicatie) | 100% |
heelkundige handelingen | 96% |
injecties | 97% |
doorverwijzing naar tweede lijn inclusief ggz | 100% |
visites | 81% |
spoedvisites | 53% |
spoedconsulten | 76% |
fiatteren van assistente/POH | 50% |
keuringen | 16% |
Takenpakket PA’s in huisartsenzorg
Van de afgestudeerde PA’s worden er 77 in de volle breedte van de huisartsenzorg ingezet. 23 PA’s hebben een meer afgebakend takenpakket; zij doen bijvoorbeeld geen zorg voor baby’s onder 3 maanden, gynaecologische zorg of behandelen geen neurologische klachten.
Alle PA’s in de huisartsenzorg geven aan dat er een afbakening is gemaakt in complexiteit en taakverdeling tussen huisarts en PA. Op enkele huisartsenposten worden PA’s alleen ingezet voor bijvoorbeeld kno-klachten, kleine kwalen, kleine trauma’s, klachten aan het bewegingsapparaat of luchtweginfecties.
PA’s schrijven recepten uit voor alle medicijnen, met uitzondering van psychofarmaca. PA’s in opleiding laten recepten en doorverwijzingen fiatteren door de huisarts.
Voorbehouden handelingen die PA’s verrichten zijn onder meer het inbrengen van een intra-uterine device (IUD), reposities, oogboring, dermatoscopie, spleetlamponderzoek.
Van de patiënten die door een PA worden behandeld, wordt 84 procent toegewezen door de assistente; 16 procent kiest zelf uit de agenda.
Alle PA’s werken in een samenwerkingsverband met een of meer huisartsen.
Beroepsbeeld
Natuurlijk laat deze korte enquête nog allerlei vragen onbeantwoord. Zo is er inmiddels onderzoek gaande naar bekostiging van taakherschikking en er zijn diverse evaluatieve studies gedaan. Duidelijk is wel dat de PA in toenemende mate in de volle breedte van de huisartsenzorg wordt ingezet in dagpraktijken en in de ANW-zorg. Er is een duidelijk beroepsbeeld. Er worden samenwerkingsafspraken gemaakt tussen huisarts en physician assistant.
Duidelijk is wel dat de PA in toenemende mate in de volle breedte van de huisartsenzorg wordt ingezet in dagpraktijken en in de ANW-zorg.
De beroepsvereniging heeft samen met werkgevers een handreiking geschreven voor de inzet van physician assistants. Er is een mooie oplossing voor de werkdruk onder huisartsen en een ondersteuning voor de toegankelijkheid en kwaliteit van huisartsenzorg. De huisarts behoudt daarbij de regie.
Met dank voor hun bijdrage aan de enquête: Ludeke van der Es, programmamanager InEen; Milena Babovic, directeur NAPA; Arna van Doorn-Klomberg, docent en onderzoekster MPA Hogeschool Arnhem en Nijmegen;
door: Quinten van den Driesschen, physician assistant huisartsenpraktijk in Elst, docent MPA Hogeschool Arnhem en Nijmegen
Lees het volledige artikel op www.napa.nl